X
GO
Rupsenbestrijding in bloemkool 2018
Annelien Tack
/ Categories: Publicaties

Rupsenbestrijding in bloemkool 2018

De effectiviteit van diverse middelen nagaan, in het bijzonder middelen bruikbaar binnen de biologische gewasbescherming

 

 

 

DOELSTELLINGEN

De effectiviteit van diverse middelen nagaan, in het bijzonder middelen bruikbaar binnen de biologische gewasbescherming.

 

MATERIAAL EN METHODEN

Testorganisme

➢ Koolmot – Plutella xylostella – PLUTMA

➢ Kooluil – Mamestra brassicae – BARABR

➢ Gamma-uil – Autographa gamma – PYTOGA

 

Proefgewas en cultivar

➢ Bloemkool – Brassica oleracea var. botrytis subvar. cauliflora – BRSOB

➢ Cultivar: Giewont

 

Bespreking van de resultaten

Effectiviteit

Op 24/08/2018 werden de eerste rupsen gemeld in de proef en werd object 1 beoordeeld. Met gemiddeld 2,25 larven per plot (10 planten geteld) in de onbehandelde werd nog niet overgegaan tot een volledige telling. Vier dagen later steeg het aantal koolmotlarven tot gemiddeld 6,25 in de onbehandelde. Daarop werd beslist een volledige telling uit te voeren op 29/08/2018 op 10 planten per plot.

Contradictorisch genoeg gaven de waarnemingen op 29/08/2018 een lage aantasting als resultaat. Het aantal koolmotlarven per plot was gemiddeld 1,5 voor de onbehandelde en het aantal bezette planten 5%. Blijkbaar moet er beïnvloeding geweest zijn van de vorige waarneming de dag voordien.

Op 13 september zijn het aantal bladeren per plant geteld waar aantasting (gangen) door bladmineerders te zien was. Het object 2 met spinosad gaf een duidelijke nevenwerking tegen bladmineerders met gemiddeld 1,3 aangetaste bladeren. Dit tegenover de onbehandelde met 3,45 aangetaste bladeren per kool gemiddeld.

 

Figuur 2: Schade door bladmineerder op een bloemkoolblad

Figuur 2: Schade door bladmineerder op een bloemkoolblad

 

Bij de laatste waarneming op 7/12/2018 (oogstbare kolen) was het duidelijk dat object 2 minder aangetaste planten (80%) gaf dan de onbehandelde (25%). Tussen de andere objecten waren statistisch geen verschillen te onderscheiden.

 

BESLUIT

Door de lage aantastingsgraad was het niet mogelijk de effectiviteit van de geteste middelen voldoende te testen. Enkel Conserve Pro gaf een duidelijk mindere aantasting dan het blanco object.

 

Klik hiernaast naar het volledig rapport Rupsenbestrijding in bloemkool 2018

Previous Article Zoektocht naar selectieve rupsenmiddelen
Next Article Intercropping van ui en suikererwt: invloed op tripsaantasting 2018
Print
2435 Rate this article:
No rating

Documents to download

Please login or register to post comments.

Theme picker